Wat stroop met multitasken te maken heeft

Over Stroop en multitasken

Multitasken = 2 of meer verschillende taken tegelijkertijd uitvoeren.

 

Multitasken, meerdere dingen tegelijkertijd doen; het klinkt lekker dynamisch, snel en efficiënt.

Telefoneren en ondertussen je mail wegwerken. Tijdens een vergadering ook nog even een appgesprek voeren. TV kijken en tegelijkertijd de stukken voor de vergadering van morgen doornemen.

Onderzoek toont echter aan dat multitasken juist helemaal niet helpt om meer werk gedaan te krijgen. Je wordt er niet sneller van en het duurt zelfs langer voordat het werk af is.
En dat geldt ook voor vrouwen!

Waarom multitasken niet werkt

Geconfronteerd met meerdere taken, voert ons brein steeds eerst die taak uit die min of meer vanzelf gaat, de taak waarbij niet ‘nagedacht’ hoeft te worden. Pas daarna wordt de taak uitgevoerd waarvoor meer concentratie of denkwerk nodig is.

Dit wordt ook wel het Stroop-effect genoemd, naar de Amerikaanse psycholoog John Ridley Stroop. Aan het begin van de vorige eeuw publiceerde Stroop een onderzoek, waarin hij proefpersonen eerst de kleuren van een rij kruisjes liet benoemen en vervolgens de kleuren van een rij woorden. Er werd gemeten hoe snel deze taken werden volbracht.

De kleuren van de kruisjes werden moeiteloos en razendsnel benoemd. Het benoemen van de kleuren van de woorden kostte echter veel meer tijd en moeite.

Steeds werden ‘automatisch’ eerst de woorden gelezen, terwijl pas daarna de kleuren werden bekeken en benoemd.

 

Ruim tien jaar geleden liet ik mijn 3 kinderen zo’n test doen. Oudste kon toen al goed lezen, middelste was dit net aan het leren en jongste kon nog niet lezen, maar kende de kleuren al wel. Alleen voor jongste maakte het geen verschil of de kleuren van de woorden of die van de kruisjes moesten worden aangegeven. In een constant tempo benoemde zij probleemloos de kleuren uit beide rijen. Middelste had er iets moeite mee en vergiste zich af en toe. Oudste had er het meeste moeite mee en vergiste zich het meest bij het benoemen van de kleuren van de woorden.

 

1 Uitzondering

Er zijn ook taken die wel goed kunnen worden gecombineerd. Als een van beide taken min of meer vanzelf gaat, kan alle aandacht worden besteed aan de taak waarvoor concentratie en denkwerk nodig is. Tegelijkertijd lopen en telefoneren zal bijvoorbeeld geen problemen opleveren. Zolang we niet over een smal bergweggetje langs een afgrond wandelen of een drukke straat moeten oversteken, hoeven we niet na te denken bij het lopen en kan alle aandacht uitgaan naar het voeren van het telefoongesprek.

Voor alle andere taken geldt, dat ze sneller en beter gedaan worden als ze na elkaar worden uitgevoerd. Rond daarom eerst een taak af voordat je met een andere taak begint. Monotasken heet dat. Dit levert een betere concentratie op, waardoor er minder tijd nodig is om het werk af te krijgen en er minder fouten worden gemaakt.

Toch lekker multitasken?

Opvallend is dat mensen die multitasken zich vaak beter voelen als één van de taken een klus is die zij vervelend vinden. De verklaring hiervoor kan daarin worden gezocht dat de tweede taak als het waren een emotionele beloning is, waardoor het uitvoeren van de vervelende klus op een prettigere, meer ontspannen manier volbracht kan worden.

Als dit voor jou ook zo werkt, prima. Beloon jezelf af en toe op deze manier als dat nodig is om een bepaalde taak toch gedaan te krijgen.

Maar wil jij structureel meer uit je werkdag halen? Realiseer je dan wat multitasken verder met je doet, dat het een improductieve manier van werken is die je niet het best mogelijke resultaat oplevert.

Ik raad je daarom aan om zoveel mogelijk te monotasken. Houd je steeds bezig met slechts één taak en begin pas aan iets anders als je de vorige taak goed hebt afgerond. Dit komt de kwaliteit van je werk ten goede, terwijl je ook minder stress zult ervaren.

Multitask met mate, is mijn advies.